De functie van de hersenen voor de geest
Geplaatst door
Titus Rivas (publicatiedatum: 8 April, 2014)
Samenvatting
Als hersenen en geest twee verschillende grootheden zijn, wat zou dan de functie kunnen zijn van het brein voor de geest? Artikel van Titus Rivas en Anny Dirven voor Paraview.
Stichting Athanasia is een kritische, onafhankelijke stichting die zich bezighoudt met parapsychologisch, psychologisch en wijsgerig onderzoek naar leven na de dood, persoonlijke reïncarnatie, communicatie met overledenen en de evolutie van de persoonlijke ziel of geest. Daaronder vallen bijvoorbeeld ook onderwerpen zoals buitenzintuiglijke waarneming, psychokinese, fijnstoffelijkheid, en bewustzijn bij dieren. Namens stichting Athanasia schrijft drs. Titus Rivas, met medewerking van Anny Dirven, elke keer een artikel voor Paraview.
De functie van de hersenen voor de geest
door Stichting Athanasia
Als je de materialisten mag geloven, is er voor bewustzijn altijd een werkend brein nodig. Onze bewuste waarnemingen, gedachten, gevoelens, verlangens, herinneringen et cetera zouden volgens hen direct afhankelijk zijn van neurologische processen in ons hoofd. De hersenen zouden de basis vormen van de geest en daarbuiten zou de geest letterlijk niet kunnen overleven. We zouden nergens zijn zonder ons brein.
Materialistische theorieën
Dit wordt op verschillende manieren uitgewerkt:
– Sommige materialisten, zogeheten reductionisten, stellen dat onze geest of psyche gewoon een ander woord is voor bepaalde hersenprocessen. Geestelijke processen zouden herleid oftewel 'gereduceerd' kunnen worden tot neurologische processen. Deze theorie zie je tegenwoordig bijvoorbeeld regelmatig weerspiegeld in Nederlands vertalingen uit Engels waarin het woord 'mind' (geest) vertaald wordt als 'brein' of 'hersenen'. Dit kan komische misverstanden opleveren zoals wanneer men in de oorspronkelijke, Engelse tekst praat over uittredingen waarbij de 'mind' de 'brain' verlaat en dit vertaald wordt als situaties waarin de hersenen de hersenen verlaten.
– Andere materialisten, de eliminativisten, gaan nog een stap verder door te stellen dat we termen als geest, bewustzijn of psyche moeten afschaffen oftewel 'elimineren'. Volgens hen heeft wetenschappelijk onderzoek uitgewezen dat er alleen hersenprocessen zijn. Termen zoals geest verwijzen daarom naar voorwetenschappelijke concepten die inmiddels uit de tijd zijn. Ze moeten vervangen worden door neurologische vaktermen.
– Weer andere materialisten gaan uit van zogeheten emergente of holistische aspecten van het brein die het zuiver neurologische overstijgen. Op die manier kunnen ze vasthouden aan noties als bewustzijn, gedachten en gevoelens zonder die te hoeven herleiden tot het brein in de fysieke zin. Wel blijven ze van mening dat de geest volledig afhankelijk is van de hersenen. Als de hersenprocessen ophouden, gaat ook voor het bewustzijn het licht uit.
Onhoudbaar materialisme
Het materialisme is in al zijn varianten onhoudbaar. Het bewustzijn bestaat, wat eliminativisten ook mogen beweren. Het is niet hetzelfde als een fysiek proces in de hersenen, ook al is dat wat reductionisten zeggen. En het blijkt ook door te gaan als de hersenen stilliggen. Zoals wij samen met Rudolf Smit hebben aangegeven in ons nieuwe boek Wat een stervend brein niet kan, is hier inmiddels echt voldoende bewijsmateriaal voor verzameld. Mensen blijken nog bewuste ervaringen te kunnen hebben, terwijl ze een hartstilstand hebben en hun brein en zintuigen dus uitgeschakeld zijn. Dit toont duidelijk aan dat bewustzijn niet alleen meer is dan een soort elektrische stroompjes binnen onze schedel, maar ook los daarvan kan blijven functioneren. Dit gaat regelrecht in tegen de holistische vormen van materialisme. Om bewuste ervaringen te kunnen ondergaan, hebben we kennelijk geen brein nodig. Uit bijna-doodervaringen tijdens een hartstilstand blijkt bovendien dat het bewustzijn zonder hersenen zelfs helderder en rijker kan zijn dan het gewone waakbewustzijn.
Het materialistische wereldbeeld kan dus echt niet op waarheid berusten. Dat levert een interessant vraagstuk op: als het brein strikt genomen niet nodig is voor ons bewustzijn, wat is dan wél de functie van de hersenen voor de geest?
Hersenen als lichaamsdeel
Als we ons buigen over deze vraag, wordt één ding meteen duidelijk. De hersenen vormen het belangrijkste fysieke orgaan in het lichaam van de mens en andere diersoorten. Alle lichaamsprocessen worden normaliter gestuurd vanuit het brein. Dit geldt niet alleen voor bewuste motorische handelingen, maar ook voor zogeheten autonome activiteiten zoals de ademhaling. Het brein wordt samen met het ruggenmerg het centrale zenuwstelsel genoemd omdat het verantwoordelijk is voor alle 'centraal gestuurde' processen in het lichaam. Het is wat dat betreft vergelijkbaar met een centrale computer in een fabriek.
Voor materialisten zijn geestelijke processen domweg een soort rekenprocessen die het brein daarbij gebruikt om alles goed te kunnen coördineren en plannen. In het algemeen zouden de hersenen zintuiglijke prikkels uit de buitenwereld, maar ook uit het eigen lichaam, verwerken en met elkaar in verband brengen. Op basis van de informatie die daaruit rolt zou het met behulp van een soort aangeboren en aangeleerde 'programma's' bepalen welke willekeurige en onbewuste handelingen het lichaam moet verrichten.
Psychisch functioneren en het brein
Het lichaam-geest dualisme vormt een bekend alternatief voor het materialisme bij de verklaring van de verhouding tussen de psyche en het fysieke lichaam. Mensen die zoals wijzelf deze theorie aanhangen, erkennen dat het brein heel erg belangrijk is voor het onbewuste lichamelijke overleven en voor de verwerking van informatie en het uitvoeren van motorische handelingen. Alleen zien we de geest daarbij niet als een soort verzameling computerachtige processen in de hersenen. De geest of psyche is binnen onze theorie een onherleidbare entiteit die weliswaar in wisselwerking staat met het brein, maar dan zonder van dat brein afhankelijk te zijn. Dit betekent bijvoorbeeld dat iemand ook bij bewustzijn kan zijn zonder dat zijn of haar brein actief is. Het betekent zelfs dat iemand de lichamelijke dood kan overleven en na de dood na verloop van tijd ook weer kan reïncarneren in een ander lijf. Vanzelfsprekend leidt dit tot een totaal ander mensbeeld.
Het materialistisch wereldbeeld stelt in het algemeen dat de geest, als hij echt bestaat, in feite een product of functie van de hersenen is. In het dualistische wereldbeeld erkennen we dat er een wisselwerking tussen psyche en brein bestaat. In het geval van de waarneming en de motoriek komen de twee denkkaders nog grotendeels overeen. Ook het dualisme erkent dat hersenprocessen belangrijk zijn voor de verwerking van zintuiglijke informatie en voor het sturen van lichamelijke activiteiten. Het verschil zit hem vooral in de rol die de hersenen spelen binnen de activiteit van de geest zelf. Volgens de meeste materialisten wordt de geest volledig bepaald door wat er neurologisch in de grijze massa gebeurt. Alleen holisten erkennen dat het bewustzijn meer is dan een fysiek verschijnsel, maar ook in het holistisch-materialistische wereldbeeld vormt het brein een absolute voorwaarde voor het geestelijke functioneren.
Uiteraard betekent dit niet dat dualisten blind zijn voor de beïnvloeding van geestelijke processen door de hersenen. We erkennen bijvoorbeeld het feit dat mensen echt dronken kunnen worden door alcohol te gebruiken of dat er zoiets gruwelijks als de ziekte van Alzheimer bestaat. Alleen zien we dit soort verschijnselen niet als bewijzen voor het materialistische wereldbeeld. De hersenen hebben kennelijk een impact op ons geestelijk functioneren zolang we geïncarneerd zijn. Soms is die invloed bescheiden en soms ook heel sterk en zeer belemmerend. In veel gevallen heeft de aantasting van een bepaald deel van de hersenen een specifiek effect op een bepaalde vorm van psychisch functioneren. Volgens materialisten bewijst dit dat onze geestelijke functies zoals taal, denken, herinnering en emotie afhankelijk zijn van specifieke gebieden in ons brein. Maar dat zou alleen aannemelijk zijn als er geen helder bewustzijn buiten de hersenen mogelijk was. Zoals gezegd, weten we onder meer op basis van onderzoek naar bijna-doodervaringen al dat dit niet waar is. Ook tijdens een hartstilstand kunnen mensen nog (buitenzintuiglijke) waarnemingen opdoen, nadenken, zich van alles herinneren, gevoelens ervaren, en dergelijke. Hun bewustzijn en mentale activiteit zijn buiten de hersenen zelfs nog helderder en soepeler dan gewoonlijk.
Wanneer een hersenbeschadiging of -ziekte gepaard gaat met een achteruitgang van geestelijke functies moet er dus iets anders aan de hand zijn, waar materialisten geen rekening mee houden.
Filtermodel
Het materialisme heeft een ander beeld van de functie van de hersenen voor de geest dan het dualisme. Binnen het materialistische wereldbeeld is het brein het orgaan dat de geest voortbrengt oftewel produceert. Men spreekt daarom ook wel van een 'productietheorie' van de relatie tussen hersenen en een geest.
Dualisten zien de hersenen niet als de bron van het bewustzijn maar als een fysiek orgaan waar de geest tijdens een incarnatie mee in wisselwerking staat. In het algemeen duidt men deze theorie aan als een interactie-theorie maar vaak spreekt men ook van een 'transmissiemodel' of 'filtermodel'. De metafoor van een filter duidt erop dat de interactie met een brein ervoor zorgt dat je gefocust raakt op de situatie waarin je je lichamelijk bevindt. Dit is belangrijk voor ons lichamelijke overleven, want zonder bijvoorbeeld gewaarwordingen zoals honger, dorst of smaak zullen we weinig geneigd zijn om ons lichaam te voeden en te onderhouden.
Natuurlijk betekent dit niet dat je je op aarde alleen nog maar met je lichaam kunt bezighouden, maar er is hoe dan ook een punt in de fysieke wereld van waaruit je die wereld tegemoet treedt. Dit is meteen ook van belang als je kijkt waarom we hier zijn. Onze geïncarneerde toestand heeft te maken met het opdoen van leerzame ervaringen en daarbij is het wel van belang dat we ons kunnen concentreren op een bepaalde situatie. Als we ons altijd probleemloos kunnen onttrekken aan een situatie kunnen we er niets van leren.
Hoe dan ook zou het brein volgens dit model allerlei informatie uitfilteren waar we buiten het lichaam vrij toegang toe hebben. Bij niemand is dat filteren volledig, zodat we allemaal nog wel eens paranormale ervaringen kunnen hebben met bijvoorbeeld telepathie en helderziendheid. Bij sommigen is de filtering opvallend minder sterk dan bij de meeste mensen, zodat zij zelfs echte paragnosten kunnen zijn. Overigens hoeft de mate van filtering niet zuiver fysiek bepaald te zijn. Er kunnen ook geestelijke technieken bestaan waarmee de transmissie door de hersenen gereguleerd wordt. Zo wijst recent onderzoek rond bijvoorbeeld veranderde bewustzijnstoestanden uit dat bepaalde vormen van psychische activiteit heel intensief kunnen zijn terwijl de hersenactiviteit juist heel sterk is teruggebracht. Dit sluit aan bij het intrigerende fenomeen terminale luciditeit. Patiënten die aan een ernstige hersenziekte zoals dementie lijden blijken op hun sterfbed opeens weer helder te kunnen worden, terwijl hun hersenen onherstelbaar verwoest zijn. Dus ook tijdens het aardse leven zelf is hersenactiviteit niet per se een voorwaarde voor mentale activiteit, zelfs niet in geïncarneerde toestand.
Kanttekeningen
Daarmee is het vraagstuk van geestelijke beperkingen die voortkomen uit hersenziekten overigens nog niet helemaal bevredigend opgelost. Het is vooral heel merkwaardig dat functies zoals geheugen en taalvermogen überhaupt aangetast kunnen worden door een verstoring van hersenprocessen. We begrijpen er vooralsnog heel weinig van hoe de wisselwerking op dit punt precies zou kunnen werken en waarom er kennelijk geen gemakkelijke manier is om het belemmerende effect direct op te kunnen heffen. Dit betekent echter zeker niet dat we de materialistische productietheorie dan toch nog maar een kans moeten geven. Het gaat hoe dan ook om nog grotendeels onbekende interactiewetmatigheden, niet om wetmatigheden in de vermeende productie van de geest door de hersenen.
Een andere kanttekening die we hier willen maken betreft het volgende. Het filtermodel wordt soms zo geïnterpreteerd dat de hersenen een stukje van een soort kosmisch bewustzijn isoleren van de rest om dit geschikt te maken voor de individuele mens. Volgens deze theorie is het persoonlijke bewustzijn dus een gevolg van de filtering van het kosmische bewustzijn door het brein. Voor de huidige incarnatie bestond de persoon nog niet en na de dood zal het weer opgaan in het kosmische bewustzijn. Aanhangers van deze uitwerking maken de laatste jaren vaak gebruik van een internet-metafoor. De hersenen zijn hierin vergelijkbaar met een pc die contact maakt met het internet. Wat er op het scherm verschijnt is een selectie van informatie van het wereldwijde web. De informatie is niet voortgebracht door de pc maar juist uitgefilterd uit een oneindige informatiebron. Ons bezwaar tegen deze voorstelling van zaken is dat het bewustzijn altijd door iemand ondergaan wordt. Het is niet zomaar een hoeveelheid onpersoonlijke informatie. Dit zou ook moeten gelden voor een verondersteld kosmisch bewustzijn. Daarmee kun je het bestaan van een persoonlijke geest dus niet verklaren vanuit het isoleren van een hoeveelheid onpersoonlijk bewustzijn.
Met andere woorden: we zijn op de eerste plaats geestelijke wezens met een lichaam, in plaats van hersenen die een stukje onpersoonlijk bewustzijn persoonlijk zouden hebben gemaakt.
Literatuur
– Kelly, E.W., Williams Kelly, E., Crabtree, A., Gauld, A. & Grosso, M. (2007). Irreducible Mind: Toward a Psychology for the 21st Century. Lanham, etc.: Rowman & Littlefield.
– Lewin, R. (1980). Is your brain really necessary? Science, 210, 1232-1234.
– Nahm, M., & Greyson, B. (2009). Terminal Lucidity in Patients with Chronic Schizophrenia and Dementia: A Survey of the Literature. The Journal of Nervous and Mental Disease, 197, 12, 942-944.
– Rivas, T. (1993). De mysterieuze relatie tussen geest en hersenen. Prana 78, 69-74.
– Rivas, T. (2004). Filosofische kritiek op het computermodel voor de geest. Terugkeer, 15, 4, 22-25.
– Rivas, T. (2012). Daar heeft hij de hersens toch niet voor!Terugkeer 23(1), 20-23.
– Rivas, T., & Dirven, A. (2004). Hersenen en geest. Paraview, 8, 2, 18-19.
– Rivas, T., Dirven, A., & Smit, R. (2013). Wat een stervend brein niet kan. Leeuwarden: Elikser.
Ook een paranormale ervaring gehad?
Blijft u ons vooral schrijven over paranormale ervaringen rond een leven na de dood, reïncarnatie, bijna-doodervaringen, sterfbedvisioenen, contacten met overleden, uittredingen, waarnemingen van aura’s door jonge kinderen, etc. En sla s.v.p. onze tafel niet over als we op een van de beurzen staan.
Dit artikel werd gepubliceerd in Paraview, Jaargang 17, nummer 1, februari 2014, 12-15.
Stichting Athanasia
Darrenhof 9
6533 RT Nijmegen
Contact: Stichting Athanasia