Reïncarnatie op andere planeten
Geplaatst door
Titus Rivas (publicatiedatum: 28 April, 2016)
Samenvatting
Hoe aannemelijk is dat mensen van deze aarde kunnen reïncarneren in een buitenaards lichaam op een andere planeet?
Reïncarnatie op andere planeten
door Titus Rivas en Anny Dirven
Reïncarnatie wordt in het westen nogal eens geassocieerd met het terugkomen als een andere levensvorm. Bijvoorbeeld als een mier, tijger of boom. Wanneer men uitgaat van een persoonlijke evolutie waarbij het lichaam past bij je geestelijke ontwikkeling, zou men echter iets anders verwachten, Namelijk dat er op een leven als zoogdier of vogel een incarnatie als mens kan volgen. Een 'terugval' van het menselijke niveau naar een leven als insect of plant past niet zo goed in dat plaatje. Maar hoe zit het met incarnaties als relatief hoogontwikkeld wezen op andere planeten?
Het voornaamste bewijsmateriaal voor reïncarnatie bestaat uit spontane uitspraken en gedragingen van jonge kinderen die duidelijk wijzen op herinneringen aan een leven voor hun geboorte. De verifieerbare informatie waar zulke peuters en kleuters mee op de proppen komen, is vaak erg specifiek en niet verklaarbaar door normale voorkennis die ze uit hun naaste omgeving zouden hebben gehaald. Bovendien vertoont het kind doorgaans een langdurige emotionele identificatie met het vroegere bestaan, zodat een hypothese als helderziendheid niet van toepassing lijkt. Helderziendheid kan namelijk nog niet verklaren waarom de kinderen zich vereenzelvigen met de persoon die ze geweest zouden zijn. De kinderen in dergelijke casussen zijn overigens in veruit de meeste gevallen niet bijzonder paranormaal begaafd. Ook kunnen ze vaardigheden vertonen die verband lijken te houden met de vroegere incarnatie, zoals het bespelen van een muziekinstrument. En er zijn verder nog honderden gevallen waarbij de herinneringen gepaard gingen met moedervlekken en aangeboren lichamelijke afwijkingen bij het kind die te maken hebben met de manier waarop ze overleden zouden zijn. Zo kan iemand die zich herinnert dat hij is doodgeschoten een ronde moedervlek vertonen, die qua vorm en locatie overeenkomt met de dodelijke verwonding uit zijn vorige leven. Men mag in zo'n geval aannemen dat de traumatische herinneringen aan de moord al in de prenatale fase ingewerkt hebben op het lichaam van het kind. Op grond van dit soort kenmerken concluderen veel reïncarnatieonderzoekers dat mensen echt herinneringen aan een vroegere incarnatie kunnen hebben.
Wilde theorieën
Hoe dit vervolgens wordt uitgewerkt, kan behoorlijk uiteenlopen. Er zijn bijvoorbeeld boeddhistische onderzoekers die vanuit de boeddhistische anatta-theorie (anatta = geen ziel) niet in een persoonlijke ziel geloven en daarmee ook niet in een persoonlijk leven na de dood. Aan de andere kant gaan veel niet-boeddhisten wel uit van een persoonlijk voortbestaan waardoor ze ook kunnen aannemen dat een ziel letterlijk opnieuw kan reïncarneren in een nieuw stoffelijk lichaam. Overigens zijn dit klassieke verschillen die rechtstreeks samenhangen met iemands algemenere wereldbeeld of filosofie.
Daarnaast lijken er vooral de laatste tijd pogingen te worden ondernomen om het bestaan van reïncarnatie als het ware 'onschadelijk' te maken binnen iemands wereldbeeld. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren doordat men stelt dat er alleen een 'ander aspect' van iemands 'hogere zelf' kan reïncarneren in een aards lichaam, in plaats van de hele (geestelijke) persoon zelf. Als een kind herinneringen heeft aan een vorig leven, zouden die herinneringen dus wel bij zijn of haar hogere zelf horen, maar niet letterlijk de eigen herinneringen van het kind zijn. Het zou gaan om de herinneringen van iemand anders die net als het kind een specifieke manifestatie is van dat hogere zelf. Wij hangen deze theorie zelf niet aan, maar het kan nog wilder. Er zijn auteurs die stellen dat tijd een illusie is zodat ook de opeenvolging van levens, waar men bij reïncarnatie doorgaans van uitgaat, illusoir moet zijn. In feite vinden alle levens op hetzelfde moment plaats en na de dood is er dus ook geen 'echte' reïncarnatie. Al iemands levens worden dus ook parallel of simultaan aan elkaar door die persoon geleid. Uiteraard vinden wij ook deze voorstelling van zaken niet aannemelijk. Als er echt geen tijd bestaat, dan is ook de opeenvolging van gebeurtenissen binnen één en hetzelfde leven een illusie. Alles zou in feite tegelijkertijd gebeuren. Maar we beleven dat natuurlijk helemaal niet op die manier. Volgens ons is er geen reden om aan te nemen dat dit bij wat mensen als reïncarnatie beleven opeens anders zou werken. Uitgaande van meerdere levens ligt het daarmee voor de hand dat mensen die incarnaties wel degelijk lineair beleven.
Men mag natuurlijk moeite hebben met de gedachte van reïncarnatie, maar in onze ogen is het realistischer om te hopen dat reïncarnatie op een gegeven moment gewoon niet meer nodig is, omdat de persoonlijke ontwikkeling in een geestelijke wereld verder kan gaan.
Vergeleken met bovengenoemde theorieën is de gedachte van reïncarnatie op andere planeten in elk geval nog niet zo extravagant. In oosterse tradities gaat men al duizenden jaren uit van talloze werelden of planeten binnen deze fysieke realiteit. Net als de aarde worden die werelden bewoond door levende wezens, variërend van dieren en mensachtige wezens tot 'goden'. Het ligt binnen dat perspectief voor de hand dat sommige zielen van wezens op andere planeten naar de aarde verhuizen of vice versa.
Overal leven
Nu kan zoiets alleen waar zijn als er buiten de aarde ook nog andere planeten zijn waar leven voorkomt. Volgens vooraanstaande geleerden is dat op zijn minst heel erg aannemelijk. Als leven een product van natuurprocessen is, dan is het raar als het maar één keer is opgetreden, terwijl het heelal onmetelijk groot is en al miljarden jaren bestaat. Als er ook geestelijke factoren betrokken zijn bij het ontstaan van biologisch leven, is het zelfs ronduit onwaarschijnlijk dat men alleen op onze aarde leven zou hebben gecreëerd.
Overigens zijn er al een paar keer concrete aanwijzingen voor buitenaards leven gesignaleerd. Bijvoorbeeld in de vorm van fossiele sporen in meteorieten, of levensvormen in de atmosfeer die niet van de aarde afkomstig lijken te zijn. De discussie daarover is nog volop gaande, maar het is niet uit te sluiten dat de reguliere wetenschap binnen een paar jaar zal toegeven dat de bewijzen inmiddels echt geleverd zijn. Daarbij moeten we wel beseffen dat het om primitieve levensvormen gaat zoals eencelligen.
Natuurlijk is er grotendeels buiten de reguliere wetenschap om – het bekende SETI-project valt er trouwens binnen – getracht om ook bewijsmateriaal voor hogere buitenaardse levensvormen te verzamelen. Denk aan observaties van ufo's (unidentified flying objects, d.w.z. ongeïdentificeerde vliegende objecten). Zeker ontmoetingen met – of ontvoeringen door – inzittenden van zulke objecten of casussen van neergestorte ruimteschepen zouden belangrijk kunnen zijn wat dit betreft. Mits goed gedocumenteerd en onderbouwd met onafhankelijke getuigenverklaringen, zouden ze in principe kunnen wijzen op bezoeken van hoogontwikkeld buitenaards levens aan onze planeet. De beschreven buitenaardse wezens kunnen nogal uiteenlopen maar de meeste van hen lijken qua uiterlijk enigszins op mensen en staan daarom bekend als 'humanoïden'. Naast ufologische aanwijzingen zijn er ook nog aanwijzingen voor bezoeken van buitenaardse wezens in de oudheid. Deze lopen uiteen van Indiase beschrijvingen van vimana's, vliegmachines van de goden, tot mythen onder stammen in het tropische regenwoud van Brazilië.
We zeggen overigens niet dat er reeds doorslaggevende bewijzen voor buitenaards leven zijn. Om op dat punt een oordeel te kunnen vellen, moeten we ons nog beter verdiepen in het beschikbare bewijsmateriaal. Er zijn trouwens ook nog genoeg voorbeelden van aanwijzingen op dit gebied die later op bedrog blijken te berusten. Bijvoorbeeld in de vorm van gemanipuleerde video-opnamen van vliegende schotels of vervalste beelden van bemanningsleden van een neergestort toestel. Maar de gedachte dat het buiten de aarde ook wemelt van het leven en dat er zelfs hoogontwikkelde wezens zijn op andere planeten, is bij voorbaat heel waarschijnlijk.
Herinneringen aan buitenaardse levens
De combinatie van de waarschijnlijkheid van E.T.'s en het bestaan van reïncarnatie maakt het op zijn minst een reële mogelijkheid dat sommige mensen in een vorig leven op een andere planeet leefden. En andersom natuurlijk, dus dat bepaalde mensen in hun volgende incarnatie op een andere planeet terecht zullen komen. Wetenschappelijk gezien is vooral de eerste mogelijkheid interessant omdat zij zich in principe leent voor onderzoek. Als mensen echt herinneringen aan een buitenaards bestaan hebben, is het namelijk denkbaar dat ze er dingen over weten te vertellen die men ooit nog zal kunnen verifiëren.
Zijn er reeds gevallen bekend die zich voor verificatie zouden lenen? Niet dat wij weten. De paar meldingen van buitenaardse herinneringen die er bestaan, zijn ofwel heel vaag ('ik heb het gevoel van een andere wereld te komen') of uiterst onwaarschijnlijk. Er zijn bijvoorbeeld mensen die beweren dat ze in hun vorige leven als humanoïde op Mars of Venus leefden, terwijl we uit natuurwetenschappelijke onderzoek weten dat dit de afgelopen miljoenen jaren (of misschien wel altijd) onmogelijk was. De omstandigheden op zulke planeten zijn namelijk al heel lang niet goed verenigbaar met het bestaan van biologisch leven, en sluiten het bestaan van hoogontwikkelde levensvormen ten enenmale uit. Het bekendste voorbeeld op dit gebied betreft de claims van een Frans helderziend medium, Cathérine-Elise Muller, die bekend werd onder haar pseudoniem Hélène Smith. Ze beweerde op Mars te hebben geleefd en nog steeds een Martiaanse taal te kunnen spreken. Nader onderzoek wees uit dat die taal ontsproten was aan haar verbeelding en in feite dezelfde structuur bezat als haar Franse moedertaal. De meeste schijnbare herinneringen van dit type komen dan ook helemaal niet geloofwaardig over.
Daarnaast zijn er mensen met herinneringen aan een leven als niet-mensachtig wezen op een planeet buiten ons zonnestelsel. Wat daarbij opvalt is dat de anatomie van hun lichaam heel ongeloofwaardig overkomt. Net als de levens op planeten in ons eigen sterrenstelsel, lijken ze voornamelijk of zelfs helemaal voort te komen uit de fantasie van de betrokkenen.
Tot slot zijn er ook nog verhalen van mensen die beweren dat ze tijdens ontmoetingen met buitenaardsen in dit leven beelden hebben gezien van een vorige incarnatie als lid van diezelfde buitenaardse soort. Helaas zijn zulke verhalen in de regel vooral heel erg moeilijk te geloven....
Hoe graag we het ook zouden willen, er zijn tot op heden dus geen sterke aanwijzingen verzameld voor daadwerkelijke herinneringen aan vorige incarnaties op een andere wereld. Herinneringen aan een leven als (aards) dier staan wat dit betreft bijvoorbeeld sterker.
Criteria
Waaraan zouden herinneringen aan een leven als buitenaards wezen zoal moeten voldoen opdat ze wetenschappelijk serieus genomen mogen worden? Volgens ons moeten ze in elk geval beantwoorden aan de volgende criteria:
– Op de planeet waarop het vorige bestaan zich zou hebben afgespeeld moeten omstandigheden heersen die verenigbaar zijn met biologisch leven.
– De omstandigheden moeten niet zo onherbergzaam zijn dat de ontwikkeling van hoger leven bij voorbaat zeer onwaarschijnlijk is.
– Het uiterlijk en de anatomie van het lichaam uit de incarnatie in kwestie moeten kloppen met wat we weten over algemene wetmatigheden van de biologie en evolutie van aards leven.
– De gebeurtenissen en cultuur van de buitenaardse wezens waar men bij hoorde, moeten realistisch overkomen en niet alleen maar uiterst exotisch of bizar.
– De herinneringen moeten zich volkomen spontaan voordoen.
– De eerste herinneringen moeten optreden als de persoon nog een jong kind (peuter of kleuter) is.
– De eerste herinneringen moeten worden gedocumenteerd door ouders of verzorgers en er moeten getuigen zijn voor de eerste uitspraken over het vroegere leven.
Vooralsnog zijn er geen casussen die aan al deze criteria beantwoorden, maar het zou heel fascinerend zijn als er ooit nog zulke gevallen zouden worden gevonden.
Literatuur
– Flournoy, Th. (1996). Van India naar de planeet Mars. Amsterdam: Uitgeverij Candide.
– Rawat, K.S., & Rivas, T. (2010). Reincarnation: The Evidence is Building. Vancouver, Canada: Writers Publisher.
– Rivas, T. (2008). Astronauten in de oudheid. KD, 253, 10.
– Rivas, T. (2013). Parapsychologische Encyclopedie. Lulu.com.
– Sirius Disclosure
Dit artikel werd gepubliceerd in Paraview, jaargang 17, nummer 4, november 2013, blz. 12-15.
Contact: titusrivas@hotmail.com