Recensie van de tweede druk van Cosmic Cradle van Elizabeth en Neil Carman
Geplaatst door
Titus Rivas (publicatiedatum: 28 October, 2013)
Samenvatting
Boekbespreking door Titus Rivas van de tweede druk van 'Cosmic Cradle' van Elizabeth Carman en Neil Carman.
Boekbespreking
Elizabeth M. Carman & Neil J. Carman: Cosmic Cradle: Spiritual Dimensions of Life before Birth. Berkeley: North Atlantic Books, 2013. ISBN 978-1-58394-552-0.
Enkele jaren geleden besprak ik al een eerdere versie van Cosmic Cradle van het echtpaar Elizabeth en Neil Carman over een geestelijk voorbestaan voorafgaand aan de conceptie. Normaliter zou ik daarna geen recensie meer schrijven van een volgende druk, maar voor dit boek maak ik graag een uitzondering. Dit jaar hebben de Carmans een grondig herziene nieuwe versie van hun werk uitgebracht. Dit betekent overigens zeker niet dat de eerste versie nu overbodig is geworden, want de auteurs leggen een ander accent zodat bepaalde interessante informatie uit de vorige druk niet meer in dit boek is opgenomen.
Net als bij de eerste editie besteden de Carmans uiteraard nog steeds veel aandacht aan allerlei culturele overleveringen rond preëxistentie en overeenkomsten tussen herinneringen aan een voorbestaan en bijna-doodervaringen. Ze benadrukken wederom dat preëxistentieherinneringen, net als BDE's, ingaan tegen het materialistische mensbeeld. In de Inleiding hebben ze twaalf kenmerken opgenomen die bij veel preëxistentieherinneringen terugkomen, zoals het besef afkomstig te zijn van een hemelse wereld van Licht, oneindige liefde, telepathische communicatie met andere geestelijke wezens, waarnemingen van gebeurtenissen in de fysieke wereld (bijvoorbeeld rond mogelijke ouders), en voorbereiding op een aards leven.
Er zijn zoals gezegd ook duidelijke verschillen tussen de twee edities. Zo staan de auteurs dit keer uitgebreid stil bij allerlei mogelijke verklaringen voor het feit dat slechts een aantal mensen bewuste herinneringen aan een voorbestaan heeft. Ze stellen zich ook de vraag welke doelen een ziel met een incarnatie wil bereiken en geven een overzicht van mogelijke antwoorden. Ze laten eveneens zien dat er verschillende visies bestaan op de vraag wanneer een ziel in het lichaam incarneert.
Voorts is er nog meer aandacht voor spontane herinneringen van jonge kinderen. Ik ben er trots op dat Anny Dirven en ik wat dit betreft een paar casussen hebben mogen aandragen die we reeds eerder in Terugkeer besproken hadden. Wat onder meer opvalt aan de herinneringen van peuters en kleuters is dat ze niet kunnen worden afgedaan als kinderlijke fantasie. Ze kunnen zelfs paranormale informatie bevatten. De herinneringen kunnen op zich staan, maar ook gepaard gaan met reïncarnatieherinneringen.
Uit spontane casussen blijkt onder meer dat zielen verschillende scenario's voorgelegd krijgen waaruit ze mogen kiezen en dat het aardse leven waarschijnlijk veel zinvoller is dan we zouden vermoeden.
Overigens komen er tevens enkele onbevestigde verhalen van volwassenen in het boek voor. Die wijken soms af van de verhalen van kinderen en lijken dan vooral het product van fantasie. Dit kan bijvoorbeeld leiden tot bizarre 'wijsheden', zoals dat het de heilige taak van een moeder kan zijn om haar kind gruwelijk te mishandelen, omdat de ziel van het kind die ervaring nodig zou hebben binnen zijn of haar spirituele ontwikkeling.
Hoe contra-intuïtief dit voor sommigen ook moge zijn, de spontane herinneringen van kinderen vormen echt onze voornaamste bron van betrouwbare informatie over een preëxistentie. Natuurlijk kan iemand die herinneringen ook als volwassene hebben vastgehouden, maar dan is het wel belangrijk dat bijvoorbeeld de ouders bevestigen dat men er reeds als kind over gesproken heeft. Twee voorbeelden van prille herinneringen:
– Een driejarig meisje wist haar moeder te vertellen dat ze twee keer in haar baarmoeder had gezeten. Haar moeder, die voor de geboorte van haar kind een miskraam had gehad (zonder dat het meisje hier iets over gehoord had), vroeg wat ze de eerste keer dan in haar buik deed. Haar dochter antwoordde: “Ik moest huilen. Zij die me naar je toe hadden gebracht, vertelden me dat ik niet kon blijven; het was nog geen tijd.”
– Een andere kleuter, Elizabeth, wist nog dat ze de buik van haar moeder verlaten had (opnieuw in verband met een miskraam) toen ze merkte dat haar aanstaande ouders ruzie met elkaar maakten en dat ze een tweede keer met een keizersnede gehaald werd. Details van haar herinneringen werden tegenover de Carmans geverifieerd door haar moeder Lezlie.
Net als de eerste druk is dit boek hoe dan ook onmisbaar voor iedereen die BDE's en aanverwante ervaringen serieus wil nemen.
Titus Rivas
Contact: titusrivas@hotmail.com
Deze recensie verscheen in Terugkeer 24 (3-4, 2013), jubileumnummer 25 jaar Merkawah, blz. 63-64.