Titel

Humanisme, zinvol leven en nooit meer 'ouder worden' van Peter Derkx (recensie)

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 2 February, 2013)

Samenvatting

Recensie van het boek Humanisme, zinvol leven en nooit meer 'ouder worden' van Peter Derkx door Titus Rivas


Tekst


Boekbespreking

Peter Derkx. Humanisme, zinvol leven en nooit meer 'ouder worden'. Brussel: VUB Press, 2011. ISBN 978-90-5487-958-9.

Peter Derkx is hoogleraar humanisme en levensbeschouwing aan de Universiteit voor Humanistiek te Utrecht. Toen ik in juni 2012 een power point-presentatie over bijna-doodervaringen moest geven aan studenten geneeskunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen heb ik van tevoren de lezing van Derkx die eraan voorafging bijgewoond. De inhoud van die lezing bleek grotendeels overeen te komen met zijn boek Humanisme, zinvol leven en nooit meer 'ouder worden'. Daarin staat Derkx eerst stil bij de geschiedenis van het humanisme en geeft hij vervolgens aan hoe humanisme kan werken als zingevingskader voor een concreet maatschappelijk vraagstuk, de verlenging van het menselijk leven. Bij het eerste deel valt onder meer op dat spiritueel vrijzinnige mensen veel waarden delen met humanisten.
Tijdens zijn lezing liet Derkx al doorschemeren dat hij persoonlijk niet gelooft in een geestelijk voortbestaan na de dood, zodat dit voor hem ook geen alternatief (of aanvulling) kan vormen voor een fysieke levensverlenging. In het boek blijkt hij echter wel tolerant te staan tegenover humanisten die, zoals zijn overleden collega Ilja Maso, uitgaan van een onsterfelijke ziel. Hij schrijft onder meer: “Zelf denk ik dat humanisme uiterst tolerant is en hoort te zijn voor zover het gaat over ontologische of metafysische kwesties zoals de vraag of mensen onsterfelijk zijn en als persoon voortleven na hun dood” (blz. 105). Zelfs een geloof in een God is voor de atheïst Derkx niet per definitie onverenigbaar met een humanistische levensbeschouwing.
Vanwege zijn verdraagzame opstelling wordt het extra interessant te vernemen hoe de auteur omgaat met de argumentatie van Ilja Maso voor een voortbestaan. Hij heeft voor hij daarop ingaat al aangegeven een 'tragisch levensbesef' te hebben. Derkx blijkt vooral geïntrigeerd door de reïncarnatie-casus van Laurel Dilmen in Maso's alom verguisde verhandeling Onsterfelijkheid. Hij zegt hier het volgende over: “Hoe hier nu mee om te gaan? Wat mij betreft gaat het in de vier door Maso behandelde gevallen, dat van Laurel Dilmen voorop, om zeer merkwaardige verschijnselen. Zo merkwaardig dat ik geneigd ben te gaan twijfelen aan de betrouwbaarheid van Tarazi's en Gaulds onderzoek. Maar dat lijkt me niet fair, zolang ik er geen specifieke redenen voor heb. Als ik het verhaal van Laurel Dilmen en haar zeer bijzondere kennis als feit accepteer, trek ik echter nog niet de conclusie dat de leven-na-de-dood-hypothese de beste verklaring is voor deze merkwaardige 'herinneringen' of 'communicatie'. De leven-na-de-dood-verklaring is in strijd met zo veel andere zaken die ik als waar aanneem, en het accepteren van die verklaring zou me zo veel nieuwe onverklaarbaarheden opleveren, dat ik niet bereid ben een groot deel van mijn werkelijkheidsbeeld daarom te veranderen.' (blz. 107-108) Hoe treurig ik deze opstelling zelf ook vind, ik waardeer de kwetsbaarheid van Derkx waar hij in feite aangeeft een voortbestaan bewust om ideologische redenen af te wijzen. Als alle (pseudo-)skeptici dat zouden doen, zou dat de toon van veel debatten een stuk lichter en minder vijandig kunnen maken. Het is overigens ook mooi dat hij expliciet erkent dat Ilja Maso een humanist was en dat zijn opvattingen niet haaks stonden op belangrijke humanistische waarden.
Na een algemene aanloop over zingeving en geluk komt Derkx uiteindelijk toe aan een humanistische evaluatie van debatten rond levensverlenging. De auteur biedt een interessant overzicht van diverse opvattingen op dit gebied en laat zien dat mensen over niet al te lange tijd gemiddeld waarschijnlijk aanmerkelijk langer zullen leven dan nu. Hij verzet zich daarbij onder andere tegen een bezwaar dat ook standaard wordt aangevoerd tegen de waarde van een geestelijk voortbestaan, namelijk dat erg lang voortleven op den duur dodelijk saai zou worden. Hij stelt expliciet: “ik denk niet dat alle soorten activiteiten en strevingen saai worden als je een heel lang leven hebt.” Voorbeelden waar dit in ieder geval niet voor geldt zijn volgens Derkx persoonlijke liefde en allerlei passies zoals zeilen, tuinieren en het schrijven van toneelstukken.
In het algemeen is Derkx geen tegenstander van een aanzienlijke levensverlenging mits men goede oplossingen bedenkt voor de mogelijke maatschappelijke gevolgen daarvan, en dan met name voor de overbevolking. Ook eindigt hij zijn boek terecht met de volgende zin: “aanzienlijke verlenging van de gezonde levensverwachting als resultaat van biomedisch onderzoek en daaruit voortvloeiende nieuwe technologie is waarschijnlijk een goede zaak, maar verkleining van de sociaal bepaalde verschillen in gezondheid en levensverwachting verdient een hogere prioriteit.”

Titus Rivas

Deze recensie werd geplaatst in Terugkeer 23 , winter 2012, blz. 31-32.

Contact: titusrivas@hotmail.com