Titel

Koos Neuvel: Tussen de oren: Hoe het lichaam de geest krijgt (bespreking)

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 25 March, 2012)

Samenvatting

Bespreking voor Terugkeer door drs. Titus Rivas van enkele onderdelen van Tussen de oren van Koos Neuvel.


Tekst



Koos Neuvel.
Tussen de oren: Hoe het lichaam de geest krijgt.

Zoals blijkt uit het Woord Vooraf van neurobioloog Jeroen J.G. Geurts, verdedigt journalist Koos Neuvel in zijn boek Tussen de oren: Hoe het lichaam de geest krijgt een naturalistische of materialistische visie op het bewustzijn. Geurts vindt het merkwaardig dat dit nog steeds niet voor alle geleerden geldt, omdat er volgens hem een 'enorme hoeveelheid geleverde evidentie' voor zo'n naturalistische visie zou bestaan. Daarbij hanteert Geurts een doorzichtige cirkelredenering. Alternatieve interpretaties van het aangedragen bewijsmateriaal, zoals de transmissietheorieën van Pim van Lommel en dualistisch interactionisten zoals Mario Beauregard, doen er gewoon niet toe, zodat automatisch alleen de naturalistische theorie (dat het brein het bewustzijn produceert) overblijft. Geurts noemt andere visies "grotesk en onzinnig" en "niet langer houdbaar", omdat... er een sterke connectie tussen lichaam en geest bestaat. Het is kennelijk van geen belang voor Geurts dat zo'n connectie van oudsher volledig erkend wordt door interactionisten en zelfs een integraal onderdeel uitmaakt van hun theorieën.

Bewijsmateriaal tegen een materialistische visie is volgens Geurts "akelig anekdotisch en in ieder geval niet wetenschappelijk".Bijna-doodervaringen zijn bijvoorbeeld niet meer dan "zeer vreemde gedragingen" van de hersenen als gevolg van "een ernstige systemische ontregeling".
Rudolf H. Smit heeft me dit voorwoord van Geurts en hoofdstuk 2 van Tussen de oren gestuurd. Dit laatste heet Hoe de geest het lichaam verliet: De realiteit van de bijna-doodervaring.

Koos Neuvel begint het hoofdstuk met een tamelijk uitvoerige weergave van de casus van Pam Reynolds. Hij zegt hierover: "Een sterk verhaal is dit zeker, maar elke nuchtere geest zal op zijn lichaam [...] zweren dat hier niets van kan kloppen." Met andere woorden, bewijsmateriaal dat niet strookt met een materialistisch mensbeeld kan natuurlijk alleen maar berusten op hallucinaties en bedrog. Neuvel erkent dat er nog veel meer sterke BDE-verhalen zijn, maar stelt dat de pretentie van echtheid van deze ervaringen op gespannen voet staat met "de algemeen aanvaarde wetenschappelijke opvatting. Die zegt: zonder hersenen geen bewustzijn."

Door het soort formuleringen dat Neuvel keer op keer gebruikt, bekruipt je het gevoel dat hij het verschil niet kent tussen een empirische theorie en een dogma. Een dogmatische leerstelling is bij voorbaat onweerlegbaar door wetenschappelijk bewijsmateriaal, maar een empirische theorie kan ten minste in principe weerlegd oftewel gefalsifieerd worden door nieuwe data. Volgens wetenschapsfilosoof Karl Popper is falsifieerbaarheid zelfs een voorwaarde voor de wetenschappelijkheid van een theorie.

Bovendien lijkt Neuvel uit de voorkeur van een groot aantal geleerden voor een naturalistische theorie te willen afleiden dat die theorie ook echt heel sterk moet staan. In feite betekent zo'n voorkeur nog helemaal niets. "De meerderheid beslist" is een principe dat kan gelden in een democratie maar de eventuele waarheid van een theorie is natuurlijk totaal niet afhankelijk van de mate waarin zij wordt aangehangen.

Neuvel kan in het geval van Pam Reynolds overigens niet veel meer doen dan oude tegenwerpingen van Gerald Woerlee herhalen, zonder in te gaan op allang gepubliceerde ontkrachtingen daarvan. In het algemeen beweert Neuvel dat sceptische verklaringen (altijd) aannemelijker zijn dan die van "gelovigen". Dat is echter uitsluitend zo als je bij voorbaat weigert bewijsmateriaal tegen de naturalistische visie serieus te nemen. Geef je zulk bewijsmateriaal wel een eerlijke kans, dan blijft er van die aannemelijkheid van de sceptische verklaringen niet veel meer over.

Kennelijk vindt Neuvel het ook nog nodig om een karikatuur te maken van een dualistische visie op de relatie tussen hersenen en geest. Zo benadrukt hij dat de "vrij zwevende geest" bij BDE's nog steeds volop gebruik moet maken van de "verkenners van het lichaam" (de zintuigen dus), alsof hij nog nooit van het concept buitenzintuiglijke waarneming heeft gehoord.

Overigens wekt Neuvel graag de indruk wel degelijk open te staan voor hard bewijsmateriaal tegen het materialisme, maar uit dit hoofdstuk blijkt steeds weer hoe weinig daar echt sprake van is. Hij beschouwt zowel BDE's als het dualisme als "illusies" die geen enkel gevaar vormen voor zijn wereldbeeld. Hij stelt zelfs dat het nodig is de "vermeende echtheid" van BDE's te "ontluisteren".Het is dus gewoon weer het oude materialistische liedje.

Dit artikel verscheen in Terugkeer 22(4), winter 2011, blz. 24.

Titus Rivas