Titel

Mensen met een psychokinetische gave

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 27 January, 2012)

Samenvatting

Artikel voor Paraview over mensen met een psychokinetische gave, oftewel psychokineten en parergasten.


Tekst



Mensen met een psychokinetische gave

door Stichting Athanasia

Reguliere neurowetenschappers kunnen er lol in hebben om "aan te tonen" dat mensen geestelijk eigenlijk volstrekt machteloos staan tegenover de materiële wereld. Ons gedrag zou namelijk helemaal bepaald worden door neurologische processen in onze hersenen. Als er al bewustzijn bestaat, dan heeft het in ieder geval geen enkele invloed op ons gedrag.

De mens als robot dus, die slechts de illusie heeft dat hij er iets toe doet. Zelfs zaken als muziek, goedheid, kunst of liefde zouden volledig bepaald worden door het brein. Als er al een geest bij komt kijken, dan alleen als een soort machteloze toeschouwer. Er zijn weinig parapsychologische concepten die zo haaks staan op dit mensbeeld als het begrip psychokinese.

Invloed van de geest
Psychokinese betekent letterlijk beweging door de psyche, en verwijst naar de inwerking van geestelijke voorstellingen of wilsuitingen op fysieke processen. Een technische vakterm is psi-kappa, afgeleid van de Griekse letters psi (paranormale verschijnselen) en kappa die verwijst naar kinese (beweging).Twee synoniemen zijn nog telekinese (beweging op afstand) en parergie (paranormale werking).
Parapsychologen kunnen psychokinetische verschijnselen onderverdelen in een aantal categorieën. Bijvoorbeeld in intrasomatische psychokinese en extrasomatische psychokinese. Intrasomatisch betekent “binnen het eigen lichaam” en extrasomatisch “buiten het eigen lichaam”. Van oudsher wordt de term psychokinese overigens voorbehouden voor verschijnselen die niet erkend worden door de reguliere wetenschappen. De psychomotoriek, die betrekking heeft op alledaagse motorische handelingen, wordt daarbij dus niet als een vorm van parergie opgevat. Dit is eigenlijk heel vreemd. Als je bijvoorbeeld een tekst intypt oefen je namelijk net zo goed geestelijk invloed uit op de materie als wanneer je bijvoorbeeld een lepel verbuigt door er alleen maar naar te staren. Het psychokinetische karakter van normale motorische handelingen zal echter pas algemeen worden onderkend nadat men heeft ingezien dat de geest werkelijk een impact kan hebben op de materie. Tot die tijd zullen veel reguliere neurowetenschappers volhouden dat de psychomotoriek volledig gestuurd wordt door het brein en niet door het bewustzijn.
Tussen intrasomatische en extrasomatische psychokinese zit het verschijnsel verzien. Hierbij beïnvloedt een aanstaande moeder het lichaam van een ongeboren baby dat zich nog in haar baarmoeder bevindt door middel van geestelijke voorstellingen.
Een ander onderscheid is dat tussen micropsychokinese waarbij iemand de fysieke wereld op atomair en subatomair niveau beïnvloedt en en macropsychokinese, waarbij de invloed betrekking heeft op voorwerpen die je gewoon met het blote oog kunt waarnemen.

Bewijsmateriaal voor micropsychokinese
Parapsycholoog Charles Tart rekent psychokinese tot de “grote vijf” van de parapsychologie. Daarmee bedoelt hij dat er zoveel experimenteel bewijsmateriaal voor parergie bestaat dat het geen zin heeft om nog langer aan het bestaan ervan te twijfelen. Er zijn in de loop der tijd allerlei proeven rond psychokinese gedaan. Bijvoorbeeld vroege experimenten van J.B. Rhine met een dobbelsteenmachine. De dobbelstenen werden automatisch gegooid door de machine en proefpersonen moesten met hun geest proberen het resultaat hiervan te beïnvloeden. Vanaf de jaren 70 van de vorige eeuw ontwikkelden onderzoekers zogeheten Random Number Generators en Random Event Generators. Dit zijn apparaten die op basis van toeval bepaalde uitkomsten voortbrengen. Bijvoorbeeld in de vorm van willekeurige getallen die worden aangegeven met lampjes of in de vorm van beelden van diverse patronen op een computerscherm. Het is de bedoeling dat de proefpersonen zich voorstellen dat er een bepaald gewenst resultaat uitkomt. Vervolgens rekent de proefleider uit in hoeverre men de resultaten van het experiment werkelijk moet toeschrijven aan een impact van de psyche van de proefpersonen.
Tegenstanders van de parapsychologie beweren uiteraard dat alle positieve resultaten op dit gebied alsnog verklaard kunnen worden door alledaagse factoren zoals puur toeval. Daarom hebben parapsychologen, waaronder Dean Radin en Roger Nelson, zogeheten meta-analyses uitgevoerd. Dit wil zeggen dat ze naar de resultaten van alle gepubliceerde experimenten rond micropsychokinese hebben gekeken. Ze hebben uitgerekend of die resultaten allemaal tezamen misschien toch nog op stom toeval kunnen berusten. Zij kwamen tot de conclusie dat dit naar alle waarschijnlijkheid niet mogelijk is. Als er mislukte experimenten zonder positieve resultaten zouden zijn achtergehouden door parapsychologen, zouden er bijvoorbeeld meer dan 50.000 van zulke experimenten uitgevoerd moeten zijn. Toeval is daarmee geen redelijke optie meer. We mogen dus concluderen dat mensen werkelijk een psychokinetische invloed kunnen uitoefenen op de fysieke werkelijkheid.

Psychokineten en parergasten Aannemen dat we in staat zijn om op microniveau invloed uit te oefenen op de fysieke werkelijkheid is voor velen nog enigszins aanvaardbaar. Ook al staat de reguliere natuurwetenschap meestal afwijzend tegenover elke invloed van het bewustzijn, de meeste mensen geloven nog wel dat ze in ieder geval hun eigen lichaam kunnen aansturen. Het brein moet daarbij op de een of andere manier beïnvloed worden door de geest en misschien gebeurt dat wel op een vergelijkbaar niveau als bij micropsychokinese buiten het lichaam.
Er zijn echter mensen die beweren dat ze ook alledaagse voorwerpen psychokinetisch kunnen beïnvloeden. Ze worden ook wel psychokineten en parergasten genoemd, of minder gebruikelijk telekineten. Hun bewering wordt meestal niet erg serieus genomen. De psychomotoriek omvat weliswaar alle fysieke handelingen, maar die worden wel zonder uitzondering gestuurd vanuit de hersenen. De psychokinetische invloed komt in dit geval dus nooit neer op een rechtstreekse beïnvloeding van een orgaan buiten het brein. De geest beïnvloedt (motorische) delen van de hersenen en van daaruit gaan er signalen naar het perifere zenuwstelsel waarmee de handeling wordt uitgevoerd. Psychokineten zouden daarbij niet alleen staat zijn een fysiek voorwerp buiten de hersenen te beïnvloeden, maar ook nog eens in een mate die micropsychokinese in hoge mate overtreft.

Intrasomatische parergasten De invloed van de geest op het eigen lichaam reikt hoe dan ook verder dan de hersenen. Er is veel bewijsmateriaal verzameld voor intrasomatische psychokinese. Bijvoorbeeld voor zogeheten stigmatisatie waarbij iemand de wondtekenen van Jezus Christus op zijn eigen huid vertoont. Deze “stigmata “lijken samen te hangen met de voorstellingen die de persoon in kwestie zich van de gekruisigde Christus had gemaakt. De spijkerwonden kunnen qua grootte, plaats en vorm bijvoorbeeld overeenkomen met een kruisbeeld dat de gestigmatiseerde regelmatig gezien heeft. Dit wijst er sterk op dat de geest van de persoon zelf verantwoordelijk is voor de stigmata. Als mensen slechts eenmalig een paranormaal wondteken vertonen heeft het weinig zin om ze als een echte parergast te betitelen. Maar veel gestigmatiseerden maken een soort cyclus door waarbinnen hun wonden na verloop van tijd verdwijnen en later weer terugkomen, bijvoorbeeld in verband met de lijdenstijd van Christus. Als we ervan uitgaan dat de stigmata door die mensen zelf opgewekt worden - al dan niet geïnspireerd door een hogere macht - mogen we zulke mensen als echte psychokineten zien. Twee goed onderzochte katholieke voorbeelden van zulke intrasomatische parergasten zijn de Belgische mystica Louise Lateau en de Italiaanse pater Padre Pio. Bij beiden bleven de stigmata jarenlang terugkomen zonder dat men er een bevredigende normale verklaring voor kon vinden.
Bij sommigen kunnen stigmatisatie-verschijnselen zelfs herhaaldelijk experimenteel worden opgewekt. Dit geldt bijvoorbeeld voor Elisabeth K., een vrouw die onderzocht werd door dr. Alfred Lechler. Ze had de neiging symptomen van ziekten waar ze over hoorde lichamelijk zelf te gaan vertonen. Lechler kreeg toestemming van haar om, via hypnose, met succes stigmata bij haar te veroorzaken. De Franse parapsycholoog E. Osty deed iets dergelijks bij Olga Toukholka Kahl. Hij slaagde erin zogeheten bloedfiguren zoals letters en namen bij haar op te wekken.

Yogi's en fakirs Bij stigmatici zie je een sterke, maar onbewuste psychokinetische invloed van mentale beelden. Dit ligt anders bij vérgaande psychokinetische beheersing van het eigen lichaam. Mensen die hiertoe in staat zijn, zoals yogi's en fakirs, ondergaan meestal een jarenlange training. Bij de lichaamsbeheersing kan men gebruik maken van delen van het autonome zenuwstelsel die normaliter niet onder controle staan van het bewustzijn. Zo zijn er wetenschappelijke rapporten gepubliceerd van mensen die met hun geest een bijna perfecte beheersing van processen zoals ademhaling, bloedsomloop en spijsvertering bezaten. In Nederland was er bijvoorbeeld veel te doen over iemand die zich Mirin Dajo noemde. Hij liet zich doorboren met scherpe dolken en slikte scheermesjes en glas in, zonder dat hij daar veel last van leek te hebben.
Sommige intrasomatische psychokineten kunnen naar verluid heel lang in leven blijven zonder voedsel, onder extreme temperaturen, of zelfs zonder zuurstof. Ook kunnen ze nog exotischere vermogens bezitten zoals onbrandbaarheid en levitatie (het vermogen te zweven of vliegen). Dit laatste wordt bijvoorbeeld gemeld van diverse fysische mediums, zoals het beroemde Schotse medium Daniel Dunglas Home. Dit soort psychokinetische vermogens werkt buiten het zenuwstelsel om en sluit zo mooi aan bij de volgende categorie.

Extrasomatische psychokineten Ook de inwerking op voorwerpen buiten het lichaam verloopt lang niet altijd bewust. Zo is er het fenomeen van het zogeheten epicentrum bij een persoonsgebonden poltergeist. Bij dit type casussen gaat het om poltergeistverschijnselen zoals stenenregens en klopgeluiden die zich concentreren op een bepaalde persoon. Zonder dat hij of zij dit zelf wil, doen de fenomenen zich vooral voor wanneer die persoon aanwezig is. Ze kunnen ook met diegene meeverhuizen naar een nieuwe woning. Een goed voorbeeld is dat van de 19-jarige Duitse kantoorbediende Annemarie Sch. uit het Duitse Rosenheim. Allerlei gedocumenteerde storingen in het elektriciteits- en telefoonnetwerk, maar bijvoorbeeld ook spontane bewegingen van lampen en schilderijen deden zich juist dan voor als zij zich in het kantoor ophield.
Mensen met bewuste psychokinetische gaven liggen natuurlijk extra zwaar onder vuur van skeptici, die er niet eens aan willen dat er zoiets als psychokinese bestaat. Ze stellen bij voorbaat dat zelfverklaarde psychokineten allemaal bedriegers zijn. Parapsychologen die zich laten beetnemen door zulke “oplichters” zijn volgens hen naïef en onvoldoende ingevoerd in goocheltrucs. Als je de parapsychologische literatuur op dit gebied bestudeert, zie je dat dit zeer onterecht is. Er worden al meer dan eeuw zeer uitvoerige controle-maatregelen genomen om normale verklaringen uit te sluiten. Een complicerende factor hierbij is wel dat sommige psychokineten inderdaad af en toe geneigd kunnen zijn om bedrog te plegen, terwijl ze bij andere gelegenheden echt gebruik lijken te maken van parergie. Dit zou bijvoorbeeld mogelijk kunnen gelden voor Uri Geller. Hij is onder strenge condities onderzocht en heeft daarbij volgens de experimentatoren echte staaltjes van psychokinese vertoond. Maar er zijn ook bronnen die stellen dat Geller regelmatig trucs gebruikt, hetgeen tot voorzichtigheid maant. Geller is overigens niet de enige lepelbuiger die wellicht meer kan dan alleen wat handig gegoochel. Andere mogelijke psychokineten op dit gebied zijn bijvoorbeeld de Zwitser Silvio en de Fransman Jean-Pierre Girard.
Minstens zo belangrijk zijn de onderzoekingen in de voormalige Sovjet-Unie naar de vermogens van Nina Kulagina. Ze lijkt bijvoorbeeld in staat te zijn geweest om voorwerpen te laten bewegen zonder deze aan te raken. Ook paranormale genezers die regelmatig betrokken zijn bij wonderlijke genezingen vallen onder de extrasomatische psychokineten. Dit geldt tevens voor Ted Serios, die bekend stond als gedachtefotograaf. Hij concentreerde zich op een bepaalde gedachte en probeerde deze psychokinetisch vast te leggen op de gevoelige plaat. Uiteraard zijn skeptici ervan overtuigd dat hij een bedrieger was, maar er zijn knappe experimenten uitgevoerd die wel degelijk anders doen vermoeden.

Het onderzoek naar psychokineten of parergasten heeft hoe dan ook de conclusie opgeleverd dat er hoogstwaarschijnlijk mensen zijn met een extra groot vermogen om direct invloed uit te oefenen op de fysieke werkelijkheid. Wel moet er nog veel meer onderzoek naar dit intrigerende fenomeen worden gedaan.

Literatuur
- Braude, S. (2007). The Gold Leaf Lady and Other Parapsychological Investigations. University of Chicago Press.
- Eisenbud, J. (1966). Gedankenfotografie: Die Psi-Aufnahmen des Ted Serios. Freiburg im Breisgau: Aurum Verlag.
- Groot, J.D. de (2003). De onkwetsbare profeet. Enkhuizen: Frontiers Publishing.
Haraldsson, E. (1998). Modern miracles. Colombo: Richmond Publishers.
- Rivas, T. (1999). Intrasomatische parergie: theoretische beschouwingen. Spiegel der Parapsychologie, 37, 1, 25-35.
- Rogo, D.S. (1986). Mind over matter: the case for psychokinesis. Wellingborough: The Aquarian Press.
- Roll, W.G. (1974). The poltergeist. New York: New American Library.
- Schmidt, H. (1990). Correlation between Mental Processes and External Random Events. Journal of Scientific Exploration, 4, 233-241.
- Thurston, H.J. (2007). Physical Phenomena of Mysticism. Roman Catholic Books.
- Zorab, G. (1980). Home: het krachtigste medium aller tijden. Den Haag: Leopold.

Dit artikel werd gepubliceerd in Paraview, jaargang 15, nummer 4, november 2011, blz. 23-25.

Reacties: titusrivas@hotmail.com