Titel

Het dierloze gerecht:: Een vegetarische geschiedenis van Nederland

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 6 May, 2011)

Samenvatting

Interview van Titus Rivas met Dirk-Jan Verdonk over zijn proefschrift Het dierloze gerecht: Een vegetarische geschiedenis van Nederland.


Tekst

 
Het dierloze gerecht:
Een vegetarische geschiedenis van Nederland

Interview met Dirk-Jan Verdonk over zijn proefschrift

door Titus Rivas

Op 8 april 2009 is historicus Dirk-Jan Verdonk gepromoveerd aan de Universiteit Utrecht op zijn proefschrift Het dierloze gerecht, dat inmiddels ook als boek verschenen is. Dit boeiende boek behandelt de geschiedenis van het vegetarisme in Nederland van de 19e eeuw tot heden. De toon is over het algemeen zakelijk, maar uit allerlei details, waaronder uitvoerige beschrijvingen van de behandeling van dieren in de intensieve veehouderij, blijkt duidelijk het eigen engagement van de auteur.

Vooruitgang?
Uit het boek komt naar voren dat de balans van de vegetarische geschiedenis van Nederland er niet al te rooskleurig uitziet. Er zijn diverse meer of minder vegetarische initiatieven ontplooid, waaronder alternatieve gemeenschappen, horeca-gelegenheden zoals Pomona, en natuurvoedingswinkels, maar per saldo zijn die grotendeels mislukt. De situatie voor dieren is alleen maar verslechterd, met name door de komst van de bio-industrie [vee-industrie].
Toch kun je tegelijkertijd ook zeggen dat vegetarisme steeds normaler geworden is in Nederland. Is daarmee de kans dat vegetarisme (en veganisme) ooit de norm zal worden beduidend toegenomen?
Dirk-Jan Verdonk meent van wel, zij het met de kanttekening dat “ondanks een 'beduidende' toename van die mogelijkheid, de kans me nog steeds bijzonder klein lijkt.”

Een goede manier om te zorgen dat vegetarisch Nederland haar idealen effectiever verbreidt, is volgens Verdonk gelegen in het positief promoten van vegetarisme: “Maak vegetarisme aantrekkelijk, verleidelijk. Je kunt alles van de organisatie vinden, maar op dit vlak boekt PETA in de VS behoorlijk wat resultaat. En er zou meer bereikt moeten kunnen worden door op het politieke vlak meer te lobbyen.”

In Het dierloze gerecht wordt gesignaleerd dat veel mensen sympathie op kunnen brengen voor het vegetarisme, maar dat dit vaak niet leidde tot veranderingen in het persoonlijke eetpatroon. Verdonk: “Uit het boek komt het feit naar voren dat de term 'vegetarisme' een identiteit verleent waar mensen helemaal niet op zitten te wachten. Je 'wordt' iets als je stopt met het eten van vlees. In algemene zin spelen verder natuurlijk zaken mee als smaakvoorkeuren, sociale context en karaktereigenschappen.”

Omnivorisme en biologie
Mensen die vlees eten vooelen zich nogal eens in de verdediging gedrukt tegenover niet-vleeseters. Eén van de argumenten die in een discussie dan van vaak gebruikt worden, is dat de mens in biologische zin een omnivoor is en dat vlees eten daarom natuurlijk zou zijn. Hoe denkt de auteur van Het dierloze gerecht over het al dan niet natuurlijk zijn van vlees eten?
“Als historicus ben ik geïnteresseerd in wanneer dergelijke ideeën opkomen en wat voor werking zij krijgen, niet direct of zij biologisch ‘correct’ zijn. Verder kun je vaststellen dat het overgrote deel der mensheid zich voedt en heeft gevoed met levensmiddelen van plantaardige en dierlijke herkomst – en dat de verhoudingen hiertussen grote verschillen kunnen vertonen. Vervolgens in ogenschouw nemend dat er ook mensen zijn die zich louter met dierlijke of louter met plantaardige levensmiddelen voeden en de conclusie dringt zich op dat er niet zoiets bestaat als ‘de mens’ met een standaard voedingspatroon.”

Vegetabilisme
In het boek is sprake van vegetabilisme als oude term voor veganisme. Is het mogelijk dat er ooit een vervolg komt dat zal gaan over de geschiedenis van het vegetabilisme? Helaas antwoordt de auteur ontkennend: “Opvallend daarbij is dat in deze geschiedenis al vroeg aandacht was voor het leed dat aan eieren en zuivelproducten kan kleven. Zo passeert de vroege vegetariër Felix Ortt de revue. Hij stond een ideale maatschappij voor waarin een matige consumptie van zuivelproducten een plaats had, ook als dit waarschijnlijk leidde tot het doden van overtollige haantjes. Er werd regelmatig over dit onderwerp gediscussieerd.”

Een deel in het boek dat bijzonder de aandacht op zich vestigt, is dat waarin gesteld wordt dat alle vormen van eten in zekere zin 'gewelddadig' zijn (blz. 380). De onderkenning daarvan sluit de mogelijkheid van radicale geweldloosheid uit. In plaats daarvan moeten we streven naar minimalisering van geweld. Zijn hiermee bepaalde vormen van geweld toelaatbaar of gaat het er eerder om dat we op z'n minst planten moeten doden voor ons lijfsbehoud?
Verdonk: “Ik heb het hier expliciet over eten: het doden van planten, van natuur om akkers aan te leggen, van dieren die ook van het proces van akkerbouw en plantaardige voedselproductie direct en indirect slachtoffer worden. Aan deze vorm van doden om te kunnen eten is nooit geheel te ontkomen.”

Als we proberen te streven naar minimalisering van geweld, lijkt veganisme een logische keuze. In zijn proefschrift wijst Verdonk meer dan eens op het verband tussen zuivelproductie en slacht van mannetjesdieren. Is veganisme voor hem de meest consequente, rationele vorm van vegetarisme?
“Dat is tot op zekere hoogte correct. Ik hou een slag om de arm omdat een voedingspatroon niet al te moeilijk moet zijn om goed na te kunnen leven – voedingskundig, culinair, sociaal, economisch et cetera – en veganisme op die onderdelen niet altijd en overal goed scoort. Ik wil kortom de mogelijkheid openhouden dat het eveneens rationeel is dergelijke invloeden te verdisconteren. Overigens eet ik nu al zo’n zes jaar louter plantaardig.”

Dirk-Jan Verdonk. Het dierloze gerecht: een vegetarische geschiedenis van Nederland. Amsterdam: Uitgeverij Boom, 2009. ISBN 9-789085-067115.

Dit interview werd gepubliceerd in Vega!, zomer 2009, nr. 81, blz. 24-25.

Contact: titusrivas@hotmail.com